Szijjártó de nieuwe minister van Buitenlandse Zaken
Vrijdag 26 september 2014 - De jonge politicus Péter Szijjártó (geboren 1978) is de nieuwe Hongaarse minister van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Economische Betrekkingen. Hij volgt Tibor Navracsics op die voor zeer korte tijd de functie als Buitenlandminister vervulde, na het vertrek van János Martony in het voorjaar, en nu Europees commissaris voor Onderwijs en Jeugdzaken in Brussel wordt.
Péter Szijjártó begon zijn politieke carriere in 1998 als actief lid bij Fidelitas (de jongerentak van Fidesz) werd al snel de vice-voorzitter daarvan en loopt nu ook al een aardig tijdje mee in de volwassenenploeg van premier Viktor Orbán. Hij werd in 2010, toen de Fidesz haar vorige regering vormde, de persoonlijk woorvoerder van de premier, in 2012 werd hij staatsecretaris voor Buitenlandse Handelsbetrekkingen en nu is hij dus officieel beëdigd door president János Ader als minister voor Buitenlandse Zaken én Buitenlandse Economische Betrekkingen.
Dat laatste wordt er extra bij vermeld en dat is niet voor niets. Als staatssecretaris, rechtstreeks onder leiding van premier Orbán, heeft hij duidelijk laten zien dat het de Hongaarse regering met betrekking tot het buitenlandbeleid ernst is om vooral de economische banden met andere, voornamelijk oosterse en meestal ook niet al te democratische landen te versterken. In de periode als staatssecretaris opende hij de ene na de andere buitenlandse handelspost, tekende hij contracten met buitenlandse bedrijven en werden strategische samenwerkingen opgezet.
Net als Orbán zingt Szijjártó graag het mantra van 'Hongarije is de motor van de economie in Centraal-Europa'. Die focus op een sterke economie draagt hij ook zeker met verve uit, maar het is de vraag of deze bijna 36-jarige, niet al te soepel in de omgang bekend staande politicus ook als diplomaat op andere terreinen in het buitenlandbeleid goed zal functioneren. Een Ministerie van Buitenlandse Zaken is er, hoewel het een belangrijke taak is, namelijk niet alleen maar om economische betrekkingen op te bouwen of te onderhouden. Tijdens een vergadering van de Verenigde Naties moet je ook je zegje kunnen doen over iets als pak 'm beet de mensenrechten. Op kritische vragen deze week van de Hongaarse pers over andere zaken dan de economie probeerde Szijjártó die te ontwijken of hij boog die vragen om zodat hij het weer over de economische succesverhalen kon hebben. Deze benoeming tot minister geeft aan dat premier Orbán waarschijnlijk liever zijn trouwste gezant de wereld in stuurt, dan dat hij iemand zijn land laat vertegenwoordigden die de dialoog weet te voeren en dus van mening zou kunnen veranderen en met andere Buitenlandministers, buiten Orbán om, misschien zelfs wel tot andere conclusies komt.
Péter Szijjártó begon zijn politieke carriere in 1998 als actief lid bij Fidelitas (de jongerentak van Fidesz) werd al snel de vice-voorzitter daarvan en loopt nu ook al een aardig tijdje mee in de volwassenenploeg van premier Viktor Orbán. Hij werd in 2010, toen de Fidesz haar vorige regering vormde, de persoonlijk woorvoerder van de premier, in 2012 werd hij staatsecretaris voor Buitenlandse Handelsbetrekkingen en nu is hij dus officieel beëdigd door president János Ader als minister voor Buitenlandse Zaken én Buitenlandse Economische Betrekkingen.
Dat laatste wordt er extra bij vermeld en dat is niet voor niets. Als staatssecretaris, rechtstreeks onder leiding van premier Orbán, heeft hij duidelijk laten zien dat het de Hongaarse regering met betrekking tot het buitenlandbeleid ernst is om vooral de economische banden met andere, voornamelijk oosterse en meestal ook niet al te democratische landen te versterken. In de periode als staatssecretaris opende hij de ene na de andere buitenlandse handelspost, tekende hij contracten met buitenlandse bedrijven en werden strategische samenwerkingen opgezet.
Net als Orbán zingt Szijjártó graag het mantra van 'Hongarije is de motor van de economie in Centraal-Europa'. Die focus op een sterke economie draagt hij ook zeker met verve uit, maar het is de vraag of deze bijna 36-jarige, niet al te soepel in de omgang bekend staande politicus ook als diplomaat op andere terreinen in het buitenlandbeleid goed zal functioneren. Een Ministerie van Buitenlandse Zaken is er, hoewel het een belangrijke taak is, namelijk niet alleen maar om economische betrekkingen op te bouwen of te onderhouden. Tijdens een vergadering van de Verenigde Naties moet je ook je zegje kunnen doen over iets als pak 'm beet de mensenrechten. Op kritische vragen deze week van de Hongaarse pers over andere zaken dan de economie probeerde Szijjártó die te ontwijken of hij boog die vragen om zodat hij het weer over de economische succesverhalen kon hebben. Deze benoeming tot minister geeft aan dat premier Orbán waarschijnlijk liever zijn trouwste gezant de wereld in stuurt, dan dat hij iemand zijn land laat vertegenwoordigden die de dialoog weet te voeren en dus van mening zou kunnen veranderen en met andere Buitenlandministers, buiten Orbán om, misschien zelfs wel tot andere conclusies komt.