Budapest haalt weer opgelucht adem
Woensdag 24 oktober 2007 - Budapest heeft 2 dagen en nachten de adem ingehouden uit vrees voor herhaling van de rellen van vorig jaar tijdens de herdenking van de vijftigste verjaardag van de opstand van 1956. Ook tijdens de nationale feestdag op 15 maart van dit jaar was de spanning te snijden.
Nu, tijdens de 51e herdenking van de opstand tegen de Russische overheersing in 1956, is de politieke en economische toestand niets veranderd. Mensen krijgen bijna dagelijks te maken met hogere belastingen, hogere prijzen en de premier Gyurcsány zit nog steeds stevig in het zadel, ondanks het gebrek aan vertrouwen onder de bevolking in hem.
Tijdens de toespraak van premier Gyurcsány op maandagavond in de Opera aan de Andrássy út ging het mis. De politie raakte slaags met een groep relschoppers en moest een waterkanon en traangas inzetten. De beelden op tv toonden op de kant gegooide auto’s en molotov-cocktails en zagen er bedreigend uit. Naar verluidt blijkt het achteraf over een zeer kleine groep van 50 à 100 oproerkraaiers te gaan, maar de impact op de stad was groot.
Tijdens de plechtigheden op 23 oktober rondom het hermetisch afgesloten Parlement, was het zeer rustig met demonstranten en viel nauwelijks een onvertogen woord. Ook de demonstratie zoals georganiseerd door de oppositiepartij Fidesz, met naar schatting zo’n 30.000 betogers, verliep rustig.
Dat de politie met een ander verloop van de dag rekening had gehouden, bleek uit de tientallen politiewagens en -agenten die de hele dag door een bijna verlaten stad reden. Ook de vele afgesloten straten droegen bij aan dit beeld.
Dat de Budapester bevolking deze dagen liever binnenshuis bleef of naar het platteland trok, bleek tijdens de prachtige voorstelling op het Ötvenhatosok tere, naast het H?sök tere, waar meer toneelspelers en politieagenten aanwezig waren als publiek.
Met in totaal 19 gewonden tijdens de rellen op maandagavond en een rustig verloop van de dinsdag, kan Budapest weer opgelucht adem halen.
Nu, tijdens de 51e herdenking van de opstand tegen de Russische overheersing in 1956, is de politieke en economische toestand niets veranderd. Mensen krijgen bijna dagelijks te maken met hogere belastingen, hogere prijzen en de premier Gyurcsány zit nog steeds stevig in het zadel, ondanks het gebrek aan vertrouwen onder de bevolking in hem.
Tijdens de toespraak van premier Gyurcsány op maandagavond in de Opera aan de Andrássy út ging het mis. De politie raakte slaags met een groep relschoppers en moest een waterkanon en traangas inzetten. De beelden op tv toonden op de kant gegooide auto’s en molotov-cocktails en zagen er bedreigend uit. Naar verluidt blijkt het achteraf over een zeer kleine groep van 50 à 100 oproerkraaiers te gaan, maar de impact op de stad was groot.
Tijdens de plechtigheden op 23 oktober rondom het hermetisch afgesloten Parlement, was het zeer rustig met demonstranten en viel nauwelijks een onvertogen woord. Ook de demonstratie zoals georganiseerd door de oppositiepartij Fidesz, met naar schatting zo’n 30.000 betogers, verliep rustig.
Dat de politie met een ander verloop van de dag rekening had gehouden, bleek uit de tientallen politiewagens en -agenten die de hele dag door een bijna verlaten stad reden. Ook de vele afgesloten straten droegen bij aan dit beeld.
Dat de Budapester bevolking deze dagen liever binnenshuis bleef of naar het platteland trok, bleek tijdens de prachtige voorstelling op het Ötvenhatosok tere, naast het H?sök tere, waar meer toneelspelers en politieagenten aanwezig waren als publiek.
Met in totaal 19 gewonden tijdens de rellen op maandagavond en een rustig verloop van de dinsdag, kan Budapest weer opgelucht adem halen.