Ganzenlever, is toekomst werkelijk anders?
Woensdag 29 september 2010 - "Ondanks de vele kritiek en aanvallen op de ganzenhouderijen exporteert Hongarije nog steeds veel ganzenlever", aldus Péter Földi van de Brancheorganisatie Gevogelteproducten (BTT). Van alle ganzenlever geproduceerd in Hongarije gaat 80% naar andere landen, voornamelijk naar Frankrijk en Belgiё. Ondanks de crisis en daardoor terugval in de hoeveelheid gevogelte is de productie van ganzenlever hoewel gezakt in 2008, vorig jaar juist weer gestegen en voor 2010 wordt ook herstel verwacht.
De geldwaarde van de export van ganzenlever is zelfs in die jaren veel meer gestegen, respectievelijk van 5,76 miljard forint in 2008 naar 6,99 miljard forint in 2009 en dit jaar wordt er 7,5 miljard forint verwacht. Een deel van die gestegen 'geldwaarde' is te danken aan de ongunstige koers van de forint ten opzichte van de euro in de laatste twee jaar.
Of iedereen, en vooral de ganzen, hier blij mee moet zijn is de vraag. Op een slecht bezocht forum 'De toekomst van Hongaarse Ganzenlever - Bezwaren van Stichting Viervoeters (Vier Pfoten)' dat door Gazdakör, een marketingorganisatie verbonden aan de Agrarische Szent István Universiteit, was georganiseerd op de Foodapest Beurs afgelopen februari, zou er meer informatie komen over de toekomst van de ganzenlever. Met een lekker 'groen' en 'diervriendelijk' uitziende powerpoint presentatie werd het forum geopend. Twee journalisten en een kok zaten in het publiek.
Er werd echter met geen woord gerept over aanpassingen en nieuwe ontwikkelingen. De drie heren uit de gevogelte- en ganzenleverbranche achter de spreektafel spraken enkel over groeicijfers, het kwaliteitsimago naar het buitenland, de werkgelegenheid en hoe meer efficiëntie in de ganzenhouderij bereikt kon worden. Hun kritiek op de organisatie Vier Pfoten was niet mals. Zij zouden de vooruitgang tegenhouden en ze vallen onterecht de ganzenhouderij aan. Dat agrarische universiteiten en Hongaarse ganzenhouderijen samen met die in andere landen eens goed gaan onderzoeken hoe ganzenleverproductie wel diervriendelijk uitgevoerd zou kunnen worden, kwam niet in hen op.
Hongarije is trots op zijn kleinschalige landbouw en veeteelt, en ze wil de kleinschaligheid en kwaliteit van eigen bodem stimuleren. Daarvoor zet de regering zelfs een heel beleid op. Maar de industriële wijze van ganzenleverproductie komt niet in aanmerking voor herziening. De vraag naar ganzenlever zal blijven bestaan, veel mensen vinden het erg lekker en kunnen het ethische knopje in hun hoofd uitschakelen. Dus wordt er nog steeds goed geld aan verdiend en het is wachten tot de biologische en diervriendelijke houderijen met een goed alternatief op de markt komen.
>>>> | TdS |