De Párizsi Udvar in Boedapest krijgt nieuwe bestemming
Maandag 23 februari 2015 - Er gloort een nieuwe toekomst voor de Párizsi Udvar in het centrum van Boedapest. Deze prachtige winkelpassage werd jarenlang aan zijn lot overgelaten en de meeste winkels en kantoren die in dit grote begin twintigste eeuwse gebouw gevestigd waren, sloten, op een paar na, een voor een hun deuren. De lege passage wordt nu vooral gebruikt door Boedapesters die een stukje af willen steken en door toeristen die in de donkere hal mooie foto's proberen te maken. De passage is ook vaak in gebruik als filmlocatie, want met wat kleine aanpassingen valt die snel om te bouwen tot een origineel decor.
De gemeente Boedapest was al een aantal jaren eigenaar van het gebouw waarin de passage ligt en die liet de boel er aardig verslonzen. Maar vorig jaar kocht Párizsi Property Kft., vanwege schimmige deals met de gemeente niet helemaal onomstreden, het grote pand. Dit bedrijf wordt gerund door de Jordaanse zakenmannen Sameer Hamdan en Zuhair Awad, die ook de hotelketen Mellow Mood Group (met al tien hotels in Boedapest) runnen. Zij hebben een paar weken geleden een overeenkomst getekend met architecten- en ontwerpbureau Archikon Kft. om het pand te restaureren en een nieuwe functie te geven. En het wordt, jaja, hoe kan het ook anders, een luxe vijfsterren hotel. Het er vlak naast gelegen Klotild Palota, een van de twee identieke gebouwen aan weerszijden van het Ferenciek tere, werd eerder ook al door dezelfde Jordaanse heren aangekocht en compleet gegestript en vanaf de grond af opnieuw opgebouwd tot het huidige, ietwat protserige, in 2012 opgeleverde Buddha Bar Hotel.
De Párizsi Udvar (oorspronkelijk gespeld als Párisi) werd tussen 1909 en 1913 opgericht door de Spaarbank voor de Binnenstad. Het toen op die plek staande onder de naam Brúdern Ház bekend staande warenhuis werd daarvoor afgebroken. De Spaarbank voor de Binnenstad liet het huidige pand inclusief de winkelpassage bouwen naar een, steeds opnieuw aangepast, ontwerp van de Duits-Hongaarse Henrik Schmall. In de jaren zeventig en tachtig vonden drastische verbouwingen van het binnenwerk plaats, maar de passage bleef op een aantal details na in tact. Lang was er in de voormalige bankhal en de daarboven liggende kantoren het staatsbureau voor toerisme IBUSZ gevestigd. Tot ver in de jaren negentig kon je daar als buitenlandse toerist op zoek naar een goedkope overnachting je nog door nukkige dames achter de loketten in heel slecht Duits lekker laten afblaffen.
Het schijnt dat de winkelpassage voor het publiek toegankelijk blijft. Mooi, want het blijft een lekker loopje van het plein schuin doorstekend naar de Petőfi Sándor utca. Hopelijk wordt de uit 1952 stammende ijssalon annex taartjeswinkel Jégbüfé op de hoek van het pand er niet uitgewerkt om plaats te maken voor dure winkels voor hotelgasten. De combinatie van deze sociaal-realistische 'taartjessnackbar' en de grote bushalte op het plein ervoor waar vele belangrijke lijnen (Bus 7!) en Metro 3 samenkomen kun je echt als cultureel erfgoed beschouwen. In Boedapest is er van jong tot oud echt bijna niemand te vinden die in deze tent nog nooit een taartje of een ijsje gegeten heeft om daarna op de bus te stappen. Het is de vraag of het Jégbüfé na de verbouwing nog wel in staat is om de huur op te brengen met de verkoop van gebakjes, ijsjes en wafels alleen, maar wie weet gaan ze er wel oesters en kaviaar verkopen. Dat samen met een glas champagne voordat je op bus 7 springt geeft vast een een heel bijzondere dimensie aan het dagelijkse woon- en werkverkeer.
Hieronder Impressie Archikon.Kft.
De gemeente Boedapest was al een aantal jaren eigenaar van het gebouw waarin de passage ligt en die liet de boel er aardig verslonzen. Maar vorig jaar kocht Párizsi Property Kft., vanwege schimmige deals met de gemeente niet helemaal onomstreden, het grote pand. Dit bedrijf wordt gerund door de Jordaanse zakenmannen Sameer Hamdan en Zuhair Awad, die ook de hotelketen Mellow Mood Group (met al tien hotels in Boedapest) runnen. Zij hebben een paar weken geleden een overeenkomst getekend met architecten- en ontwerpbureau Archikon Kft. om het pand te restaureren en een nieuwe functie te geven. En het wordt, jaja, hoe kan het ook anders, een luxe vijfsterren hotel. Het er vlak naast gelegen Klotild Palota, een van de twee identieke gebouwen aan weerszijden van het Ferenciek tere, werd eerder ook al door dezelfde Jordaanse heren aangekocht en compleet gegestript en vanaf de grond af opnieuw opgebouwd tot het huidige, ietwat protserige, in 2012 opgeleverde Buddha Bar Hotel.
De Párizsi Udvar (oorspronkelijk gespeld als Párisi) werd tussen 1909 en 1913 opgericht door de Spaarbank voor de Binnenstad. Het toen op die plek staande onder de naam Brúdern Ház bekend staande warenhuis werd daarvoor afgebroken. De Spaarbank voor de Binnenstad liet het huidige pand inclusief de winkelpassage bouwen naar een, steeds opnieuw aangepast, ontwerp van de Duits-Hongaarse Henrik Schmall. In de jaren zeventig en tachtig vonden drastische verbouwingen van het binnenwerk plaats, maar de passage bleef op een aantal details na in tact. Lang was er in de voormalige bankhal en de daarboven liggende kantoren het staatsbureau voor toerisme IBUSZ gevestigd. Tot ver in de jaren negentig kon je daar als buitenlandse toerist op zoek naar een goedkope overnachting je nog door nukkige dames achter de loketten in heel slecht Duits lekker laten afblaffen.
Het schijnt dat de winkelpassage voor het publiek toegankelijk blijft. Mooi, want het blijft een lekker loopje van het plein schuin doorstekend naar de Petőfi Sándor utca. Hopelijk wordt de uit 1952 stammende ijssalon annex taartjeswinkel Jégbüfé op de hoek van het pand er niet uitgewerkt om plaats te maken voor dure winkels voor hotelgasten. De combinatie van deze sociaal-realistische 'taartjessnackbar' en de grote bushalte op het plein ervoor waar vele belangrijke lijnen (Bus 7!) en Metro 3 samenkomen kun je echt als cultureel erfgoed beschouwen. In Boedapest is er van jong tot oud echt bijna niemand te vinden die in deze tent nog nooit een taartje of een ijsje gegeten heeft om daarna op de bus te stappen. Het is de vraag of het Jégbüfé na de verbouwing nog wel in staat is om de huur op te brengen met de verkoop van gebakjes, ijsjes en wafels alleen, maar wie weet gaan ze er wel oesters en kaviaar verkopen. Dat samen met een glas champagne voordat je op bus 7 springt geeft vast een een heel bijzondere dimensie aan het dagelijkse woon- en werkverkeer.
Hieronder Impressie Archikon.Kft.
>>>> Tom de Smet