Hongaarse president niet toegelaten tot Slowakije
De president was uitgenodigd een standbeeld te onthullen in de Slowaakse grensstad Komárno. In deze stad is meerderheid van de bevolking etnisch Hongaars. Het standbeeld van de eerste koning van Hongarije, de heilige István zou worden onthuld door de president. Deze was op persoonlijke titel uitgenodigd door een Hongaarse organisatie uit de stad Komárno. Het beeld werd onthuld op 20 augustus, de dag na de Hongaarse nationale feestdag, de István-dag.
De Slowaakse regering zag het bezoek als een provocatie omdat het die dag precies 41 jaar geleden was dat de Praagse lente werd neergeslagen door troepen uit de landen van het Warschau-pact. De Slowaakse premier Fico had al aangekondigd dat de Hongaarse president niet welkom was en verzocht hem niet te komen. Toen Sólyom toch besloot te komen werd hem aan de grens meegedeeld dat hij op 21 augustus tot middernacht niet binnen mocht komen. László Sólyom hield daarop voor de grens, midden op de brug over de Donau, een korte persconferentie. Hij gaf aan zich tot de EU te gaan wenden naar aanleiding van het voorval.
De gebeurtenis is een in een lange rij van onvriendelijkheden tussen de Slowaken en Hongaren. Dit voorjaar nam het Slowaakse parlement een nieuwe taalwet aan. Deze wet beperkt volgens de Hongaarse regering de rechten op het gebruik van de Hongaarse taal door de Hongaarse minderheid in Slowakije. In Slowakije wonen ruim een half miljoen etnische Hongaren die meer dan 10% van de bevolking van Slowakije uitmaken.
>>>> Auteur: Allard Wiersma