De dubbelzinnige houding tegenover het antisemitisme
Maandag 17 februari 2014 - Symbolisch voor het ontbreken van gezond verstand en goede smaak in het huidige Hongarije, zo betitelde het blad 'The Budapest Beacon' de verkiezingsbijeenkomst afgelopen zaterdag in de voormalige synagoge van het stadje Esztergom. De rechts-radicale partij Jobbik, een vergaarbak van Hongaren die met regelmaat openlijk hun afkeer van joden, zigeuners, linksen en liberalen ventileren en hun sympathieën voor bepaalde autoritaire regiems uit de jaren dertig niet onder stoelen of banken steken, kwam bijeen in het oude gebedshuis van de Joods Hongaarse gemeenschap van Esztergom, dezelfde plek vanwaar in 1944 vijfhonderd van hen door de rechts-radicale Hongaarse nationalisten van die tijd werden gedeporteerd naar Auschwitz.
Pogingen om de bijeenkomst tegen te houden, liepen op niets uit. De Fidesz meerderheid in Esztergom weigerde de gang van zaken te veroordelen en ging uit van het legalistische standpunt dat het onmogelijk is om de verhuur van het gebouw, al jarenlang een gemeentelijk cultureel centrum, aan welke politieke partij dan ook te verhinderen.
>>>> Lees verder: Kuifje in Hongurië - De dubbelzinnige houding van de regering Orbán tegenover het antisemitisme
Op donderdag 20 februari schreef premier Orbán naar aanleiding van de gespannen situatie een brief aan András Heisler, voorzitter van de Federation of Hungarian Jewish Communities (Mazsihisz). Wonderlijk, Orbán stelt voor om pas na de Paasdagen verder te praten...
Dear Presidents, Dear Managing Director,
Please allow me to first of all thank you for your intent and constructive approach to facilitating dialogue, as testified to by your letter.
As you know, both my previous and current governments have had a policy of zero tolerance towards anti-Semitism, and approach the victims, those who wish to remember and those who believe in human dignity, with openness and compassion. This is why we established the Páva Street Holocaust Museum between 1998 and 2002, and this is why we introduced Holocaust Remembrance Day, so that every year future generations may also face the tragedy that befell the whole Hungarian nation.
I also agree with you with regard to the fact that in addition to increasing awareness of the horrors of the Holocaust, it is also important that our children come to know more about the history of Hungarian-Jewish cohabitation, and especially the values that the Hungarian and Jewish peoples gave to each other, thus enriching Hungarian history and culture and facilitating our common ascension.
However, as you know, the election campaign officially began on 15 February. I realise that this moment in time is perhaps not best suited to enabling us to share our opinions calmly and with sympathy. There is a danger that, despite the best of intentions, we will not hear each other's voices. And accordingly I suggest that we continue our dialogue following the Easter holidays, which will mean a renewal for all of us. If possible, our working groups should continue performing their duties until that time.
19 February 2014, Budapest.
Yours Sincerely,
Viktor Orbán
(Prime Minister's Office)
Pogingen om de bijeenkomst tegen te houden, liepen op niets uit. De Fidesz meerderheid in Esztergom weigerde de gang van zaken te veroordelen en ging uit van het legalistische standpunt dat het onmogelijk is om de verhuur van het gebouw, al jarenlang een gemeentelijk cultureel centrum, aan welke politieke partij dan ook te verhinderen.
>>>> Lees verder: Kuifje in Hongurië - De dubbelzinnige houding van de regering Orbán tegenover het antisemitisme
Op donderdag 20 februari schreef premier Orbán naar aanleiding van de gespannen situatie een brief aan András Heisler, voorzitter van de Federation of Hungarian Jewish Communities (Mazsihisz). Wonderlijk, Orbán stelt voor om pas na de Paasdagen verder te praten...
Dear Presidents, Dear Managing Director,
Please allow me to first of all thank you for your intent and constructive approach to facilitating dialogue, as testified to by your letter.
As you know, both my previous and current governments have had a policy of zero tolerance towards anti-Semitism, and approach the victims, those who wish to remember and those who believe in human dignity, with openness and compassion. This is why we established the Páva Street Holocaust Museum between 1998 and 2002, and this is why we introduced Holocaust Remembrance Day, so that every year future generations may also face the tragedy that befell the whole Hungarian nation.
I also agree with you with regard to the fact that in addition to increasing awareness of the horrors of the Holocaust, it is also important that our children come to know more about the history of Hungarian-Jewish cohabitation, and especially the values that the Hungarian and Jewish peoples gave to each other, thus enriching Hungarian history and culture and facilitating our common ascension.
However, as you know, the election campaign officially began on 15 February. I realise that this moment in time is perhaps not best suited to enabling us to share our opinions calmly and with sympathy. There is a danger that, despite the best of intentions, we will not hear each other's voices. And accordingly I suggest that we continue our dialogue following the Easter holidays, which will mean a renewal for all of us. If possible, our working groups should continue performing their duties until that time.
19 February 2014, Budapest.
Yours Sincerely,
Viktor Orbán
(Prime Minister's Office)