Hongaarse regering was geen voorstander van Tsjechische eis Verdrag van Lissabon
Gepost in Europese Unie
Dinsdag 3 november 2009 - De Tsjechische eis om een verklaring aan het Verdrag van Lissabon toe te voegen kon vorige week donderdagavond in Brussel rekenen op Hongaarse weerstand. De kwestie is inmiddels opgelost. De EU-regeringsleiders die in Brussel bij elkaar waren voor de definitieve goedkeuring van het Verdrag van Lissabon, zijn overeengekomen dat de Tsjechische Republiek een uitzondering kreeg op het aan het Verdrag van Lissabon gekoppelde Handvest voor de Grondrechten. De Tsjechen hadden als enige Lidstaat het Verdrag van Lissabon nog niet goedgekeurd. President Klaus had aangegeven dat zij dit alleen zouden doen als er een verklaring werd toegevoegd waarin staat dat het Verdrag en het daaraan gekoppelde Handvest van de grondrechten geen terugwerkende kracht heeft met betrekking tot de Benes-decreten. De Tsjechen zijn alsnog akkoord gegaan met deze oplossing, nu moet het Tsjechische Constitutionele Hof er nog mee instemmen. Daarna kan president Klaus het Verdrag tekenen.
Volgens bronnen in Brussel is er in de compromistekst die donderdagavond in Brussel is bereikt geen verwijzing naar de Benes decreten gemaakt. Een eis die onder andere Hongarije stelde. De Benes-decreten, waarvan de verdrijving van zo'n 3,5 miljoen Sudetenduitsers en Hongaren uit het Tsjechoslowakije van na WO-II deel uitmaakte, leiden nog regelmatig tot spanningen in de Centraal-Europese bilaterale betrekkingen. Premier Bajnai gaf voorafgaand aan de EU top aan dat het Verdrag van Lissabon, dat Hongarije als eerste EU-lidstaat in december 2007 goedkeurde, gericht is op de toekomst en niet op het verleden en een specifieke verwijzing naar de Benes-decreten voor Hongarije niet acceptabel zou zijn.