Hongarije-Slowakije, aan een burenruzie komt ooit een einde

Vrijdag 23 november 2012 - De Hongaarse premier Orbán en de Slowaakse premier Fico spreken elkaar steeds vaker. Dat werd hoog tijd, want in tijden van nood is een goede buur beter dan een verre vriend en al heb je nog steeds ruzie over verschillende zaken, je kunt nu maar beter samenwerken. Tot dat besef zijn de beide premiers dan eindelijk gekomen.

Op het Hongaars-Slowaaks economisch forum vorige week, dat werd georganiseerd door de Hongaarse Kamer van Koophandel, kwamen de beide premiers weer bij elkaar. In oktober troffen ze elkaar al voor overleg en openden ze samen een nieuw Slowaaks cultureel centrum in het Hongaarse Pillisszentkereszt. Ook toen spraken ze beiden hun wens uit om verder te gaan samenwerken.

In een bericht over dat economisch forum op de regeringswebsite Kormány.hu - telkens weer een feest om daar de 'neutrale' stukken te lezen - stonden wat uitspraken van premier Orbán vermeld. 'Het is in het belang van Hongarije om succesvolle buren te hebben. Tegelijkertijd kan meer economische samenwerking ons helpen bij het oplossen van de al langslepende diplomatieke problemen tussen de twee landen', aldus Orbán. Daar zit wat in. Hongarije doet het, volgens Eurostat, economisch gezien minder goed dan Slowakije dus de onderlinge handel en transport en de daarvoor benodigde infrastructuur mogen zeker worden versterkt. Het nu zwakke Hongarije, waarvoor Orbán en zijn minister van Economische Zaken György Matolcsy in de toekomst toch heus een centrale rol zien weggelegd als aanjager van de economie in Midden-Europa, kan zo een beetje meeliften op het 'succes' van Slowakije.

Maar de kwesties over de dubbele nationaliteit, het minderhedenbeleid, de taalstrijd, een geschil over een onaangekondigd bezoek van ex-president Sólyom aan Slowakije, het gesteggel over het gebruik van de naam Tokaj als wijnregio, nog steeds zijn er zaken die de oude vete weer doen oplaaien. Beide premiers houden dan in eigen land even een patriottrisch preekje om het eigen volk ervan te overtuigen dat de vete nog steeds bestaat. In Slowakije onthullen ze dan een anti-Hongaars standbeeldje, en in Hongarije wordt een hoogbejaarde Hongaarse vrouw uit Zuid-Slowakije door premier Orbán bejubeld vanwege haar dapperheid en dienstbaarheid aan de Hongaarse natie. Praat dus niet met de buren van de overkant zeggen ze, want die zijn echt niet te vertrouwen

Maar hoe dan ook, de economische crisis brengt de partijen nu toch nog tot elkander. De eerste bruggen worden zelfs letterlijk geslagen. Over de rivier de Donau komt er een aantal nieuwe bruggen bij om de twee landen beter met elkaar te verbinden. En er staat nog een leuk plannetje in de grondverf; samenwerking op het terrein van defensie. Volgens een bericht op de website van de Hongaarse regering gaan ze zelfs concrete projecten opzetten om de beide legers te laten samenwerken. De Hongaarse en Slowaakse ministers van Defensie zijn daarover al in overleg. Als die Europese economische crisis nou eens een jaar of twintig zo doorgaat, kan het zomaar zijn dat buufjes Hongarije en Slowakije ooit nog vrienden worden. En misschien kunnen ze dan gaandeweg zelfs een stukje van het Trianon-trauma verwerken. Want na ruim negentig jaar treuren en zeuren wordt het daarvoor wel eens tijd.