Pálinka stoken, tot 50 liter zonder accijns
Maandag 26 juli 2010 - Vanaf zondag 1 augustus 2010 is het legaal om jaarlijks tot 50 liter pálinka te stoken voor eigen gebruik zonder dat daar een bedrijfsvorm voor nodig is. Op de laatste dag voor het zomerreces van het Hongaarse parlement is over deze accijnswet het besluit gevallen. Nu kunnen burgers hun fruit dus zelf gaan verstoken, iets waar niet iedereen blij mee is. Toen het plan voor deze wetswijziging door Viktor Orbán eerder dit jaar, nog voor de landelijke verkiezingen, werd gepresenteerd, kwam er veel kritiek op Orbán.
Natuurlijk kwamen er vanuit de gezondheidszorg geluiden dat als iedereen weer pálinka mag stoken de kwalititeit achteruitgaat, het alcoholpercentage te hoog wordt, er meer geconsumeerd zal worden en dus meer lever- en hartkwalen. Maar een beetje accijns hield een Hongaar al niet tegen om te drinken, en anders werd de accijns wel omzeild, dus het drankgebruik zal niet veel anders worden. Maar vooral uit ondernemerskringen kwam er kritiek op Orbán. De grote legale stokerijen die hun omzet de laatste jaren door pittige marketing en reclamecampagnes voor pálinka flink zagen stijgen, denken dat hun omzet nu gaat dalen. Ook zijn ze bang dat het de goede naam die Hongaarse pálinka, een beschermde productnaam, momenteel heeft na jaren investeren en kwaliteitsverbeteringen geschaad zal worden. De kwalititeit van pálinka is de laatste jaren zo gestegen dat er internationaal prijzen mee gewonnen wonnen. Bijna van elk soort fruit of wat er maar te verstoken valt weten ze in Hongarije een zeer goede heldere, geurige en smaakvolle pálinka te maken. Ook in de Hongaarse horeca wordt steeds meer topkwaliteit pálinka omgezet, ten nadele van internationaal gedestilleerd. Een aantal grotere Hongaarse palinkastokers zoals Agárdi of Zsindelyes hebben met Europese subsidies kunnen investeren in bedrijfsuitbreidingen, dus ze kunnen een omzetdaling zeker niet waarderen.
In Hongarije wordt voor detailhandel en horeca door pálinkastokerijen tussen de 1,5 en 2 miljoen liter pálinka geproduceerd. Een groot contrast met de 5 miljoen liter die jaarlijks gemaakt wordt door kleine stokerijen waarheen het fruit of druivenmost gebracht wordt om daarna als pálinka terug naar huis te genomen te worden. Toch is de laatste tijd een verschuiving te zien. Het gebruik van pálinka in de detailhandel steeg met 10%, in de horeca rond de 20% en het drinken van thuisstooksels daalde daarentegen met 10%. Reden daarvoor kan zijn dat steeds meer mensen in de grote steden die minder banden hebben met het platteland, maar wel bewust van de Hongaarse pálinka-traditie, voor duurdere exclusievere en kwalitatief betere producten kiezen. In Boedapest zijn er al een aantal pálinka-bars waar bijna uitsluitend pálinka te drinken valt. Want pálinka is niet meer enkel iets uit een plastic fles wat je in het weekend bij je opa in het dorp drinkt of om jezelf mee klem te zuipen op een feestje. Door de uitgekiende marketingcampagnes en de vele pálinkafestivals is het heldere vocht tegenwoordig iets waarmee je kunt onderscheiden. Was er tot een aantal jaren geleden de keuze uit pruim, abrikoos, kers, appel en peer, nu valt er uit moerbei, walnoot en witte perzik te kiezen of uit meloen, meidoorn en vlierbloesem. Echt, voor iedereen is er een eigen glaasje helder vocht.
>>>> | Tom de Smet |
>>>> Bron: | Origo.hu |