Neerlandistiek Debrecen ontwikkelt zich verder
Maandag 22 november 2010 - Heeft het zin om veel Nederlandstalige boeken te lezen als je als Hongaarse student Nederlands studeert? Moet het vak literatuur nog wel de nadruk hebben tijdens deze studie? Een eensluidend 'ja' was het antwoord tijdens een forum gesprek aan de ELTE over dit thema bij de start van het studiejaar. Maar wat is er nog meer nodig om na de studie Nederlands daadwerkelijk met die taal aan de slag te kunnen? Ook aan de faculteit Neerlandistiek van de Universiteit Debrecen (DE) worden stappen gezet naar een verbreding van het vakkenpakket.
Het bedrijfsleven, waar deze studenten zouden kunnen werken na hun studie, stelt nu andere eisen als een aantal jaar geleden. Het is niet meer genoeg als je Nederlands hebt gestudeerd om snel aan het werk te komen. Tegelijkertijd verandert de behoefte van de nieuwe studenten. Niet dat ze geen literatuuronderwijs en meer wetenschappelijk gericht onderwijs willen, maar ze beseffen dat ze in een andere tijd leven en dat de toekomst voor hen niet enkel ligt in tolken en vertalen of als dat niet lukt 'callcenter werk' en maar hopen dat het mooie baantje op het pad komt. Ze willen graag op een andere manier aan het werk en dan het liefst met gebruikmaking van hun specifieke kennis, de Nederlandse taal.
Vanuit het Duits naar het Nederlands
Dat er Nederlands gestudeerd kan worden in Debrecen is grotendeels te danken aan hoofddocent Gábor Pusztai die zelf tijdens zijn studie Duits aan de DE de Nederlandse taal erbij is gaan doen en daarna stap voor stap de vakgroep Nederlands heeft opggebouwd. Toen, bijna twintig jaar geleden, begon het als vreemde taal binnen de vakgroep Duits en groeide het uit tot specialisatie binnen deze vakgroep. In 1999 werd de studie als zelfstandig geacrediteerd en sinds 2007 is 'Nederlandse Taal en Cultuur' een zelfstandige vakgroep, los van het instituut voor Germanistiek. In de afgelopen tien jaar zijn ongeveer 120 studenten afgestudeerd. In de laatste drie jaar, sinds ook BA mogelijk is, zijn er jaarlijks rond de veertig aanmeldingen waarvan er ongeveer vijftien studenten worden geplaatst. De vakgroep werkt nauw samen met die van de ELTE en de Károli in Boedapest, met die in Nederland, Belgiё en via het CEEPUS Netwerk met die in de Midden-Europese regio.
Alumni Nederlands terug in de collegebanken
Eind mei van dit jaar organiseerde Gábor Pusztai samen met Márta Kántor-Faragó (zie foto) een bijeenkomst voor de alumni Nederlands. Dit naar aanleiding van dat er tien jaar geleden de eerste studenten Nederlands aan deze universiteit officieel afstudeerden. Márta studeerde Nederlands aan deze faculteit en doceert er sinds een paar jaar. Met speeches van de uitgenodigde diplomatieke vertegenwoordigers van Belgiё en Nederland en daarna presentaties door Gábor en Márta over de geschiedenis en ontwikkeling van Neerlandistiek aan de DE werd de dag geopend. Hierna volgde presentaties van zowel Hongaarse als internationale bedrijven in Hongarije, die op zoek zijn naar personeel dat de Nederlandse taal beheerst. Want met de Nederlandse taal kun je veel kanten op, het is een van de belangrijkste redenen waarom redelijk veel Hongaarse jongeren Nederlands gaan studeren. Maar tijdens deze dag werd er ook iets anders duidelijk. Een groot deel van de aanwezige alumni bleek niet zo goed meer Nederlands te kunnen spreken en verstaan. De bedrijfspresentaties werden grotendeels dus in het Hongaars of het Engels gehouden.
Ook bleek dat de meeste alumni een heel andere richting zijn ingeslagen. Na hun studie Nederlands gingen ze vaak verder aan het werk vanuit de door hen tegelijkertijd gevolgde hoofd-of bijstudies Engels, Duits, of Geschiedenis. Er waren nog maar een paar personen die in het Nederlands een kleine presentatie over zichzelf konden houden, of dapper zoekend naar de juiste woorden en zinnen om af daarna in het Hongaars of Engels verder te spreken. Deze alumni waren eigenlijk ook niet bezig om een baan te vinden bij een van de bedrijven die zich die dag presenteerden, ze hebben hun leven al anders ingericht. Een van hen is nu zelfstandig ondernemer als software vertaalster Engels-Hongaars, een ander heeft in het begin van haar werk nog wel wat met de Nederlandse taal gedaan maar in het bedrijf waar ze nu werkt gaat alles in het Hongaars. De student die in Engeland heeft gewerkt en alles weet over bergbeklimmen zou ook wel met Nederlandstaligen in Hongarije aan de slag willen. Hoe meer verhalen er kwamen, hoe duidelijker het werd dat er maar een paar van hen nog steeds de Nederlandse taal gebruiken in hun werk. En daarvan was Krisztina, woonachtig in Nederland, het mooiste voorbeeld. Ze geeft NT2 les aan buitenlanders - en jawel - ook aan Hongaren in Nederland.
Talent, ontwikkel en gebruik het
Een van de richtingen waarvan Gábor Pusztai denkt dat de faculteit zich daarin verder zou kunnen ontwikkelen - en dat sluit aan op de voorbeelden van de alumni die hun 'wetenschappelijke' studie niet meer gebruiken in hun werk - is dat bijvakken zoals Zakelijke taal, Juridische taal, Cultuur, Communicatie, misschien zelfs wel Toerisme, meer nadruk gaan krijgen. Natuurlijk blijft de studie zoals die nu is, maar om de huidige en nieuwe studenten meer materiaal in handen te geven zodat ze na hun studie aan het werk kunnen met gebruikmaking van hun talent en kennis, en om te voorkomen dat die kennis verloren gaat, is het belangrijk dit te ontwikkelen. Elk jaar studeren aan de drie universiteiten waar Nederlands gedoceerd wordt vele studenten af, zij vormen een bron van gepassioneerde, goed opgeleide personen waarmee veel meer te ontwikkelen valt dan nu het geval is. Het plezier waarmee de alumni aan het eind van de bijeenkomst tijdens de borrel met elkaar terugkeken op hun studietijd, hoe ze spraken over hun inzet toen om het Nederlands te leren en over hun plannen en ideeën, liet zien dat hun keuze ook toen een zeer gepassioneerde was. Nu het huidige Europa meer mogelijkheden en kansen biedt als een aantal jaar geleden kan, als de universiteiten, het bedrijfsleven en de beleidsmakers het actief ondersteunen, door de huidige Hongaarse studenten zelf veel in gang worden gezet.
>>>> Door: | Tom de Smet |