Grondwet, Hongaren krijgen het voor hun kiezen
Eén en ander lijkt opnieuw te bevestigen dat de Basiswet vooral het besloten feestje van de Fidesz-KDNP is geweest. Ten opzichte van de originele tekst, die halverwege maart werd ingediend, zijn er iets meer dan honderd wijzigingsvoorstellen aangenomen, waarvan de meeste technische veranderingen betroffen. Enkele tientallen wijzigingsvoorstellen gingen wel over inhoudelijke punten, maar daarmee is de ontvankelijkheid voor kritiek wel aan het maximum gekomen. En die kritiek kwam zelfs voor een groot deel vanuit de burelen van Fidesz zelf.
Drie wijzigingen hebben hun oorsprong in de roemruchte vragenlijst, bij uitstek het belangrijkste element van de nationale consultatie. In de eerste plaats is het stemrecht voor families (moeders) met kinderen afgevoerd. Er zijn twee nieuwe zaken opgenomen: de mogelijkheid tot het geven van daadwerkelijk levenslange gevangenisstraf en de bescherming van watervoorraden, landbouwgrond en de inheemse natuur. Tot zover de nationale consultatie. Een andere opvallende wijziging die in de tussentijd is opgekomen, is het voorstel om de nationale munt, de forint, in de grondwet te benoemen.
Voor de rest blijft helaas de al geleverde kritiek op de Grondwet (zie ook andere artikelen Hongarije vandaag) overminderd overeind. Fidesz maakte er geen geheim van een slagvaardiger regering te willen creёren en heeft daar nu de nieuwe Grondwet bij geschreven. Waar men in andere landen bij de gedachte aan een slagvaardiger regering op zoek gaat naar werkzame, betere beleidsinstrumenten, denkt Fidesz het gemakkelijker te kunnen doen. Fidesz is uit op een vorm van institutionele almacht, grenzend aan een éénpartijstaat. En dat is wanneer ondubbelzinnig de democratische rechtstaat in het geding komt.
Alle sterke tegenspelers die de regering op het maatschappelijke speelveld ontmoet, zijn nu verzwakt uit de Grondwet gekomen. De garanties voor de democratische rechtstaat zijn ook verzwakt, zoals de instituties referendum en de ombudsman. De ontslagbescherming voor ambtenaren is sterk verschraald. Het Constitutionele Gerechtshof is qua taak, werkwijze en samenstelling gedevalueerd en naar de (huidige) regering toegedreven. Ook van de Hongaarse Nationale Bank, om maar een voorbeeld te noemen van een instituut dat soms iets moet doen dat de regering helemaal niet prettig vindt, wordt de onafhankelijkheid aangetast.
Blijft over een pak papier dat iedere Hongaar het zijne of hare dient te noemen, maar waarin menigeen vooral grote en kleine stekeligheden zal vinden. Wat te denken over de christelijke waarden, het gezin, de bescherming van het ongeboren leven? Wat te denken van de provocerende inmenging in de zaken van de Hongaarse minderheden in de omringende landen? Hoe om te gaan met internationale VN Conventies en EU Richtlijnen die met kousenvoeten of modderlaarzen getreden worden? En wat te denken van de zelfingenomenheid die we maar even de categorie 'Kunstacademie Makovecz' noemen? In deze categorie vallen allerlei uitingen van vriendjespolitiek, korte-termijn denken en andere moeilijk mis te verstane tekens dat de verbeelding nu echt aan de macht gekomen is. Makovech, bijvoorbeeld, is een begenadigd architect en vertrouweling van Orbán. Met de nieuwe grondwet ziet hij nu zijn eigen prive-academietje promoveren tot 's lands voornaamste kunstacademie.
Hoelang zou het duren voordat de Fidesz hiervan terug zal komen? Of gaan ze door totdat ze alleen nog maar falikant op hun bek kunnen gaan? En hoeveel schade zal er dan zijn aangericht?
>>>> Door: | Joost Kingma |