Nederlandse boer moet extensief leren landbouwen
Grootschalige landbouw was voor Enne Wouda altijd een droom. Midden jaren negentig moest hij weg van de boerderij waar hij toen zat, en leek het logisch om eens over de grens te kijken naar de mogelijkheden daar. Wouda oriënteerde zich in Polen, in de voormalige DDR en in Tsjechië, maar kwam uiteindelijk in Hongarije terecht. Hij voelde zich daar meteen thuis en liep bovendien tegen de juiste mensen aan. Hoewel hij uiteindelijk ook in het Nederlandse Biddinghuizen een nieuwe boerderij vond, in de Flevopolder, zette Wouda zijn plannen in Hongarije ook door. In Ságvár, een dorp tien kilometer van het Balatonmeer, wist hij met de hulp van Hongaarse vrienden grond te pachten. Eerst tachtig hectare, later meer. Inmiddels heeft hij in Hongarije ruim 300 hectare pachtgrond ter beschikking. Hij bewerkt die grond niet zelf, want zijn vrouw heeft in Nederland een baan en wil daarom niet naar Hongarije verhuizen. Na enkele jaren van veel heen en weer reizen wordt het Hongaarse bedrijf sinds twee jaar gerund door zijn medewerker Harm Kalfsbeek en, sinds kort, diens Hongaarse vriendin Anna.